Na zestien jaar Interclean is Rob den Hertog op 1 januari afgezwaaid als beursmanager. Hij heeft het stokje in deze tumultueuze coronatijd overgedragen aan Robert Stelling. Toch blijft hij twee ochtenden in de week betrokken. Stelling: “Zijn handen blijven jeuken als we het over de Interclean hebben.”
Door: Ronald Bruins
Vanwege corona zat er een groots afscheid op de beurs in mei 2020 niet in. Dat moet dan maar in 2022 goed worden gemaakt, constateert de nieuwe beursmanager. Stelling krijgt een beurs met een roemrijke historie onder zich. Halverwege de jaren zestig werd in Utrecht de Bouwbeurs georganiseerd waar – bij gebrek aan een specifieke schoonmaakbeurs – te midden van de bouwmaterialen ook leveranciers van vloeronderhoudsmachines als Taski, Wetrok, Clarke en Columbus-Dixon exposeerden. Dat was niet toevallig. Want in die jaren brak in de schoonmaak mechanische vloeronderhoud echt door. Maar tussen alle bouwelementen bleven deze exposanten een vreemde eend in de bijt.
Daarop stelde de heer Van de Pasch van bureau Invas aan Amsterdam RAI voor elk jaar een specifieke schoonmaakbeurs te organiseren. Dat resulteerde in december 1967 in de eerste Interclean. Onder die eerste 57 exposanten uit 1967 zaten acht bedrijven die ook nu nog volop meedoen in de professionele schoonmaak: Alpheios, Ewepo (tegenwoordig opgenomen in Groveko), Flash, Hago, Hijman, Metternich/Spectro, Nilfisk en Vendor. De jaarlijkse frequentie was de exposanten te kostbaar, waarop er tot 1987 tweejaarlijkse edities volgden, allemaal met Jos van den Berg als beursmanager.
De groei van de Interclean is in essentie gebaseerd op goed luisteren
In die periode explodeerden de bezoekersaantallen. De RAI brak door de 20.000 grens en begon aan een internationalisering. Tijdens de tiende Interclean – in 1983 – werden met 23.000 belangstellenden en een netto beursoppervlak van 22.000 vierkante meter alle records gebroken. Rob den Hertog nam in 2004 het stokje over van Jos van den Berg. “Ik had toen alleen nog maar nationale evenementen gedaan van tweehonderd tot maximaal vierhonderd exposanten. Daar waren ook wel internationale partijen te gast, maar de Interclean was weer een maatje groter. Met Italianen, Engelsen, Duitsers en veel meer internationale gasten. Ik heb van Jos geleerd dat je erbij moet zijn als er wat in jouw industrie gebeurt. Daar word je heel veel wijzer van.”
De beurs groeide en groeide. Tot de grootste schoonmaakbeurs op deze planeet. Het bezoekersaantal ging naar 33.000 in 2018. Globaal komen er tweejaarlijks zo’n 6.000 daarvan uit Nederland. In totaal kende de Interclean 900 exposanten. Den Hertog: “Als Nederlander vind je in je eigen achtertuin een overzicht van alle innovaties in de schoonmaak. Op maximaal twee uur rijden.” Den Hertog vervolgt: “De groei van de Interclean is in essentie gebaseerd op goed luisteren. De onderzoeksafdeling van de RAI bracht heel nauwkeurig in beeld waarom bezoekers in de auto, trein of vliegtuig stapten om naar de Interclean te komen. Maar we hebben ook commissies om de voelsprieten uit te steken. Kortom, de vraag is altijd hoe we zo dicht mogelijk bij de behoefte van de schoonmaakindustrie aan kunnen sluiten.”
De beurs groeide en groeide. Tot de grootste schoonmaakbeurs op deze planeet
Daarbij komt dat Nederland een uitstekende infrastructuur heeft, het gewoonweg leuk is om Amsterdam aan te doen en dat de Interclean zich op neutraal terrein begeeft. Den Hertog: “Als je in Engeland, Italië of Duitsland als exposant meedoet aan een beurs, dan zit je meteen in de achtertuin bij je concurrenten. Dergelijke grote fabrikanten hebben we hier in Nederland niet. Het is neutraal terrein. Daarnaast kennen we in Nederland, relatief gezien in de wereld, een hoog uurloon waardoor innoveren eerder loont. We kennen dus een volwassen schoonmaakmarkt met veel innovatie.” Daardoor is het wiel van een beurs gaan draaien, constateert Den Hertog. “Meer bezoekers trekken weer meer exposanten aan. Waardoor het voor bezoekers weer meer loont om het complete overzicht te zien.”
Daarbij zijn uiteindelijk schoonmaakbedrijven als standhouder verdwenen. Een leuk weetje: VLS is het laatste schoonmaakbedrijf die in 2004 een stand had. “Maar schoonmaakbedrijven horen, samen met facility managers wel tot de primaire bezoekersdoelgroep. Waar ik in die zestien jaar het meest trots op ben? Ik denk de groei die we hebben kunnen doormaken. En op de innovatie in de schoonmaak die we een platform hebben gegeven. Denk aan het innovatie lab dat groter en groter is geworden, maar ook alles rondom management en mobility waar we als Nederlanders goed in zijn. Dat was een hoekje bij de trap en is inmiddels een meer dan volwaardig onderdeel van de beurs geworden. Uiteindelijk kwam er segmentatie in de beurs, waardoor bijvoorbeeld partijen in het washroom-segment bij elkaar staan. Zodat je als bezoeker precies weet waar je heen moet. Voor exposanten is het ook prettig: je weet dat de bezoekers in de betreffende hal ook daadwerkelijk geïnteresseerd zijn in jouw categorie.”
We kennen in Nederland, relatief gezien in de wereld, een hoog uurloon waardoor innoveren eerder loont
De Interclean heeft veel betekent voor Nederlandse aanbieders met internationale ambities. Den Hertog: “Het is ondoenlijk om in de yellow pages te zoeken naar bijvoorbeeld een distributeur voor jouw producten in Argentinië. Via de Interclean kun je deze wel vinden. Waarschijnlijk vind je alle distributeurs in Argentinië. Dat internationale karakter is uniek. Daar probeerden we ook altijd zo goed mogelijk rekening mee te houden. Het grappige is dat Nederlanders een broodje met kaas eten en een glas melk drinken op een beurs. En dan snel weer door. Bij de Interclean zit het à-la-carterestaurant bomvol. Je wilt ook dat internationale bezoekers zich thuis voelen. Dat gaat verder dan enkel een pizza verzorgen voor de Italianen.”
Den Hertog verhaalt over hoogte- en dieptepunten. “Een hoogtepunt was natuurlijk het 25-jarig bestaan en het feit dat we daar een boek over konden uitgeven.” Aan dat boek werkte Dick van Zomeren, oud-hoofdredacteur en nog steeds als redacteur verbonden aan Service Management, volop mee. “Echter, de uitreiking was ook meteen een dieptepunt. Peter Holt, namens Truvox één van de eerste exposanten, bezweek aan hartfalen. Dat was erg zwaar, maar het was ook mooi om elkaar in de schoonmaakindustrie te steunen. Hoogtepunt vond ik elke twee jaar weer dat het was gelukt om een zo goed mogelijk overzicht te maken. ‘Iedereen die iets betekent in de schoonmaakindustrie loopt hier rond’, heb ik wel eens als compliment gekregen. Dat is het mooiste compliment dat je als beursmanager kan krijgen.”
Wat gaat Den Hertog het meeste missen? “De gesprekken om nieuwe zaken te ontwikkelen. Ik heb best tot waanzin van het fantastische Intercleanteam nieuwe dingen overeind getrokken. Ik ga ook de contacten missen. Maar let wel, ik ben nog niet weg.” Den Hertog blijft twee ochtenden in de week verbonden aan de RAI om nieuwe mogelijkheden voor de beurs te verkennen. “Welke megatrends zijn er? Denk aan robots en cobots, grean cleaning en de opleiding van schoonmaakprofessionals. Ik mag bekijken waar er kansen liggen. Maar dat zijn maar twee ochtenden. Voor de rest is het fijn dat niet alles nu meer gelijk hoeft te gebeuren. De deadlines hangen nu aan Robert zijn broek. Het is wennen, maar de rust hebben is ook wel eens fijn.”
Online was een goede vervanger, maar uiteindelijk wil je toch die ene schoonmaakdoek voelen of face to face praten
Robert Stelling heeft per 1 januari het stokje officieel overgenomen van Rob den Hertog. Die overdracht vindt plaats onder een, vanwege corona, vreemd gesternte. “Of Rob al een beetje afstand kan nemen?”, herhaalt Stelling de vraag. Lachend: “Moeilijk. Als ik vertel waar we mee bezig zijn, dan beginnen zijn handen te jeuken en zit hij nog vol met ideeën.”
Stelling startte in maart 2012 en stak in 2018 zijn hand op toen bleek dat Den Hertog het rustiger aan wilde gaan doen. “Het is een uitdagende tijd om het over te nemen en grote schoenen om te vullen. Maar corona brengt ook weer lessen met zich mee over hoe we online een beursprogramma kunnen neerzetten. Daar hebben we in november ervaring mee opgedaan. Door de online activiteiten kunnen we in 2022 meer mensen wereldwijd bij de fysieke beurs betrekken. Niet iedereen kan naar Amsterdam komen, dan kunnen we de achterblijvers online toch een goed programma aanbieden.”
Tegelijkertijd constateert Stelling dat zowel exposanten als bezoekers het één-op-één-contact missen. “Online was een goede vervanger en elementen zoals de televisiestudio komen zeker terug, maar uiteindelijk wil je toch die ene schoonmaakdoek voelen, even op een schoonmaakmachine rijden of face to face praten met een interessante prospect. Ik verwacht wel dat de Interclean 2022 een meer hybride concept krijgt.” In april is de Interclean in China. “Die gaat daar door als vooral een Chinese beurs. In China zijn ze al zo ver dat daar weer fysiek contact mogelijk is, ook door het strakke testprogramma van de Chinese overheid. Daar schudden ze elkaar alweer de handen. Onze collega’s in Shanghai kunnen het hele land doorreizen naar exposanten. Ik verwacht dat, als de vaccinaties klaar zijn, we ook weer naar normaal kunnen in Nederland. Inclusief internationale reizen om hier te komen.”
Exposanten hebben er vertrouwen in dat de Interclean in 2022 terugkomt, constateert Stelling. “Ze hebben hun boeking doorgeschoven naar volgend jaar.” Voordeel is dan dat hygiëne en schoonmaak wereldwijd hoger op de agenda staan dan ooit tevoren. Den Hertog: “Inclusief de gevolgen voor de zorg die we in het Healthcare Cleaning Forum bespreken. Denk aan de opkomst van virussen zoals corona, maar ook aan antibioticaresistentie. Mijn advies is dan ook om met dat forum door te gaan.” Tot slot: wat heeft Stelling geleerd van Den Hertog? “Het begint bij je doelgroep. Luister naar de markt. Weet wat er speelt. Luister naar je stakeholders en ga ook daadwerkelijk doen wat zij aangeven. De Interclean is echt de ontmoetingsplaats waar we samen met bezoekers en exposanten bouwen aan de toekomst van de schoonmaakindustrie. Dat is en blijft de kern.”