In allerlei onderzoeken wordt continu gewezen op de gevaren van schoonmaakmiddelen met chemische stoffen. Zo zouden schoonmakers een grotere kans hebben op neurologische aandoeningen, zou schoonmaken hetzelfde effect op de longen hebben als het roken van twintig sigaretten per dag én het zou zelfs de kans op obesitas bij kleine kinderen vergroten. Moeten we chemische reinigingsmiddelen dan maar helemaal verbannen? Of is het een noodzakelijk kwaad, waar we gewoon op een goede en bewuste manier mee om moeten gaan?
Onlangs berichtten de media over een Spaanse vrouw die was overleden door het schoonmaken met een mengsel van ammoniak en bleek. De chemische dampen die daarbij vrijkwamen, werden de vrouw helaas fataal. Nu hopen wij natuurlijk van harte dat professionele schoonmakers deze fout nooit zullen maken, maar feit blijft: veel schoonmaakmiddelen bevatten gevaarlijke chemische stoffen. En dat is zowel in de particuliere als in de professionele schoonmaakmarkt het geval.
Chemie is werkelijk overal te vinden, niet alleen in schoonmaakmiddelen. Denk bijvoorbeeld aan fotosynthese bij planten of het verteren van voedsel in ons eigen lichaam: ook dat zijn vormen van chemische processen. Chemie is dus niet per definitie slecht of gevaarlijk. Het gebruik van chemie in de schoonmaak kent ook tal van voordelen. Zo zorgt chemie ervoor dat er minder (menselijke) kracht nodig is om een oppervlak schoon te krijgen, evenals minder (warm) water. Mits chemie goed wordt toegepast, kan het dus heel nuttig, efficiënt en zelfs duurzaam zijn.
Maar het mes snijdt aan twee kanten. Want je kunt niet om het feit heen dat chemische stoffen inderdaad zeer gevaarlijk kunnen zijn. Vooral als schoonmakers zich niet bewust zijn van de gevaren en niet op de juiste manier te werk gaan, kunnen ze zichzelf en anderen iets aandoen. Dat laat het voorbeeld van de onfortuinlijke Spaanse vrouw wel zien. Naast dit soort extreme situaties kunnen ook mildere gevaren de kop op steken, zoals irritatie van de ogen, longen, luchtwegen of huid, soms zelfs met brandwonden tot gevolg. Voorzichtigheid is dus geboden. Het begint allemaal met het bewust maken van de gevaren: als de schoonmaker zich bewust is van de gevaren, zal hij een stuk voorzichtiger te werk gaan.
Werken jouw medewerkers of jijzelf met chemische stoffen? Creëer ten eerste dus dat bewustzijn over de risico’s van de gevaarlijke stoffen. Je kunt dat niet vaak genoeg doen. Verder is het belangrijk om altijd de gebruiksvoorwaarden en instructies van de fabrikant op te volgen. Deze staan meestal op het etiket. Wordt er bijvoorbeeld genoemd met hoeveel water het middel aangelengd moet worden? Houd je hier dan strikt aan. Verder is het zaak om de ruimte waar het middel gebruikt wordt, goed te ventileren. Zelfs als een middel voldoende verdund is, kan het onprettig zijn om de dampen in te ademen. Als laatste zijn persoonlijke beschermende middelen belangrijk. Denk hierbij aan mondkapjes, schorten en natuurlijk handschoenen. In België is het al verplicht om de beschermende kleding beschikbaar te stellen.
We hoeven niet automatisch bang te zijn voor alles wat met chemie te maken heeft. Zo zijn chemische reinigingsmiddelen ook niet per definitie slecht of levensgevaarlijk, zolang de gebruiker zich maar bewust is van de risico’s en er op een verstandige manier mee omgaat. Alleen dan is het gebruik van chemie in de schoonmaak een goede zaak: efficiënt én veilig.
Het mengen van schoonmaakmiddelen kan levensgevaarlijk zijn, dat bewijst het voorbeeld van de Spaanse vrouw wel. Het wordt dan ook zeer afgeraden om verschillende middelen door elkaar te gebruiken. Er kunnen namelijk giftige gassen ontstaan door de chemische reactie die optreedt bij het samenvoegen van een aantal stoffen. In het geval van bleek en ammoniak ontstaat bijvoorbeeld het zeer giftige gas chloramine. Dit kan zorgen voor kortademigheid, hoesten, duizeligheid, prikkende ogen en druk op de borstkas. Bij langdurige blootstelling kan het zelfs fataal zijn. Een ander voorbeeld van een gevaarlijk mengsel is de combinatie bleek met azijn. Hierdoor kan het giftige chloorgas ontstaan, wat kan leiden tot chemische brandwonden. Probeer dus te allen tijde het mengen van reinigingsmiddelen te vermijden. Mocht het om de een of andere reden toch absoluut nodig zijn, let er dan in elk geval op dat de middelen geen bleek, geen ammoniak en geen zuren (zoals azijn) bevatten.
Zorg dat schoonmakers die werken met reinigingsmiddelen altijd op de hoogte zijn van het product en geef ze duidelijke instructies mee. Het is bijvoorbeeld een goed idee om lijsten beschikbaar te stellen van alle producten, waar in elk geval de volgende informatie op staat: